Amsel

Uit WikiWoordenboek

Alemannisch

Uitspraak

Zelfstandig naamwoord

Amsel

  1. (zangvogels) Turdus merula op Wikispecies merel

Meer informatie


Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • Am·sel
Woordherkomst en -opbouw
  • [1] Komt van het Middelhoogduitse amsel, dat weer van het Oudhoogduitse ams(a)la stamt. De herkomst van dit Oudhoogduitse woord is niet bekend. Etymologische verwantschap bestaat met het Engelse ouzel.

Zelfstandig naamwoord

Amsel v

  1. (zangvogels) Turdus merula op Wikispecies merel
    «Die weibliche Amsel baut dreimal im Jahr ein Nest.»
    De vrouwelijke merel bouwt driemaal per jaar een nest.
Verbuiging
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Meer informatie