10 eurobiljetje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: 10 eurobiljetje (hulp, bestand)
- IPA: /tiːnˈɵːˌroː.bəl.jɛt.jə/
Woordafbreking
- 10 eu·ro·bil·jet·je
Zelfstandig naamwoord
het 10 eurobiljetje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord 10 eurobiljet
Schrijfwijzen
Gangbaarheid
- Het woord '10 eurobiljetje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.